D3.3 Tekstschrijven

Cliëntgericht

Teksten schrijf je voor je doelgroep. Stem daarom je boodschap af op je doelgroep. Zie ook Mijn boodschap.
Een goede tekst zet je lezer aan tot lezen, houdt zijn aandacht gevangen. Hij wil meer, is gegrepen en wordt ‘gulzig’. Houdt rekening met zijn interesses, zijn problemen. Schrijf over voordelen en beschrijf niet de kenmerken. We zijn hier al mee bezig geweest bij Klantgericht leren denken.

Praat niet over jezelf. Praat over wat de lezer interesseert. Schrijf wat de lezer wil horen en niet wat je zelf wilt vertellen! Denk als de lezer, redeneer als de lezer en schrijf als de lezer.

Ik weet nog goed dat mijn presentaties veel beter werden toen ik niet meer ging praten over wat mij fascineerde in de homeopathie (potenties bijvoorbeeld, de homeopathische verdunningen) maar ging vertellen over mijn passie, hoe ik zag hoe mensen konden veranderen en welke processen opeens mogelijk werden en dat mensen ècht wel uit een haast onontkoombare sleur of vicieuze cirkel kunnen komen. Er is meer mogelijk dan je denkt!

Pas op voor ego-documenten!

Het is trouwens niet verboden om over jezelf wat te vertellen. Waar ik voor wil waarschuwen zijn de zogenaamde EGO-documenten. Ik heb heel wat folders gezien waarbij ik me afvroeg voor wie die folder nou echt bedoeld was. De klant kwam er maar nauwelijks aan te pas en de folder leek alleen maar ten behoeve van de therapeut.

Schrijf je over jezelf, de klant is niet geïnteresseerd in waar jij je opleiding gevolgd hebt of wanneer je klaar bent gekomen met die opleiding. De klant kent Arnhem of waar je ook gestudeerd heeft niet op die manier dat hij goed weet in te schatten hoe goed of veelzijdig jouw opleiding is. En dat je die in 2022 hebt afgerond, betekent eigenlijk dat je heel weinig ervaring nog hebt. De klant wil gewoon een goede natuurgeneeskundige, die weet wat hij hij wil en kan en die inzicht heeft in de genezingsprincipes. De klant wil iemand die veilig aanvoelt en lid is van een beroepsvereniging. Dat wil de klant ook lezen op je website of in je folder.

Dus als je over je zelf een stukje kwijt wil, schrijf over je ervaringen, je passie en verbindt hiermee jezelf aan de praktijk. Dat is veel sterker dan zeggen dat je getrouwd bent, drie kinderen hebt en graag iets met mensen wilt doen.

Lees anders nog eens Hoofdstuk 10, Pers en media – Klantgericht schrijven

Tekst sterker maken

  • Zeg wat je wilt zeggen. Vraag jezelf voortdurend af: wat wil ik nu eigenlijk zeggen? En schrijf dat op. Zeker als je vast dreigt te lopen, kom je er door deze vraag vaak weer vlot.
  • Schrijven is schrappen wordt wel gezegd. Less is more. En dat klopt. Ga strepen en inkorten wat ècht niet hoeft. Je tekst wordt er doorgaans veel sterker door.
  • Spreektaal is vaak beter.
  • Net zo als actief taalgebruik. Dus niet: ‘Dan wordt er een afspraak gemaakt’, maar ‘Ik maak een afspraak met je’.
  • Gebruik korte zinnen.
  • Gebruik beeldrijke taal. Dat spreekt gewoon meer.
  • Spreek de lezer aan en niet over hem. Dat is een ziekenhuisgewoonte. De lezer wil zich juist gezien en gehoord voelen en wil serieus genomen worden.
  • Kies voor de u-vorm òf de je-vorm. En blijf consistent hierin. Niet de ene zin je gebruiken om daarna weer even de u-vorm te gebruiken.

Andere zaken waar je ook op kan letten:

  • Maak de eerste paragraaf kort (maximaal 10 woorden). Deze triggert en trekt jouw aandacht. Samen met de titel wordt deze als een van de eerste dingen gelezen.
  • Na 4 tot 6 centimeter tekst kan je best een tussentitel invoegen. Gebruik geregeld een tussentitel in de vragende vorm.
  • Zet je tekst in kolommen, vergelijkbaar met de kolombreedte van een krant
  • Maak je tekst niet kleiner dan 9-punt.
  • Doorbreek de monotonie van een lange tekst door belangrijke paragrafen schuin of vet te zetten.
  • Voeg af en toe een illustratie toe in je tekst. Bedenk dat kleine illustraties niet zoveel overtuigingskracht hebben dan duidelijke, zichtbare illustraties. Zie ook De aantrekkingskracht van beelden.
  • Laat een witregel tussen je paragrafen.

Oefening in schrijftaal

Voor een oefening in schrijftaal, klik hier.

Letters

Let op met hoofdletters. ‘ALLES IN HOOFDLETTERS’ leest moeizamer dan als je ‘Hoofdletters en Kleine letters’ gebruikt.

Kies ook bewust voor ‘schreefloze letters’ of ‘Schreefletters’.
Schreefloze letters ogen wat moderner, maar niet elke schreefloze letter is prettig leesbaar.
Schreefletters kennen van die haakjes aan de letters. De Times New Roman is speciaal ontwikkeld voor de The Times.
Sommige schreefletters als de Courier nemen meer ruimte in en kunnen wat oubollig ogen.

Het wordt vaak afgeraden om fantasieletters als de Comic Sans te gebruiken omdat deze onrustiger ogen.

Typografie in negatief

Let ook op de typografie in negatief.
Een tekst in negatief wil nog al eens verdwijnen in zijn achtergrond, zeker bij een kleiner lettertype.
Gebruik je negatief bij een groot lettertype dan heeft deze de neiging te knallen.

Vaardigheidsoefening

Maak onderstaande oefening eerst zelf voordat je je antwoorden gaat vergelijken met de antwoordsuggesties of de antwoorden van je studiegroep.
Deze oefening is ook heel goed samen te maken met een groep.

Voor de oefening, klik hier.

Ga verder met D4.0 Advertorial